U hebt waarschijnlijk al gehoord dat het veulen vanaf de eerste levensuren moet drinken, dat biest van levensbelang is voor een veulen of dat sommige fokkers "biestbanken" aanleggen, zonder noodzakelijkerwijs al het jargon te begrijpen en de redenen waarom. Laten we eens kijken wat biest precies is en waarom het zo belangrijk is.
Wat is biest?
Biest is de melk die een merrie produceert net na de geboorte. Over het algemeen is colostrum dikker en geler dan gewone melk, het bevat veel antistoffen en stelt het veulen in staat om vanaf de geboorte zijn eigen immuunsysteem op te bouwen.
Waarom is biest belangrijk voor het veulen?
Net als bij alle zoogdieren, is het immuunsysteem van jonge veulens nog niet goed ontwikkeld op het moment van de geboorte. Dit betekent dat zijn lichaam niet in staat is zich te verdedigen tegen alle bacteriën, virussen of schimmels die in zijn omgeving aanwezig zijn. Pas vanaf de leeftijd van ongeveer 2 maanden kan het zijn eigen antistoffen beginnen produceren. Een veulen is dus volledig afhankelijk van de biest om aan antistoffen te komen De biest van de merrie is sterk geladen met antistoffen (immunoglobuline). Het veulen zal dus, door de opname van de biest, van deze antistoffen gebruik kunnen maken om tijdens zijn eerste levensweken zijn immuunsysteem op te bouwen en alle nieuwe indringers tegen te gaan. Deze antistoffen kunnen door het veulen worden opgenomen omdat de darmwand in de eerste uren na de geboorte nog doorlaatbaar is en de antistoffen dus in de bloedsomloop van het veulen terecht kunnen komen. Deze doorlaatbaarheid is echter van zeer korte duur. De eerste 6 tot 8 uur is het belangrijkst. Na 24 uur ‘sluit’ de darmwand en is het niet meer mogelijk voor het veulen om antistoffen op te nemen uit de melk.. Daarom is het belangrijk ervoor te zorgen dat het veulen zo snel mogelijk na de geboorte een voldoende grote hoeveelheid biest heeft gekregen, maar ook (en vooral!) biest van goede kwaliteit.
Hoe weet ik of de biest van mijn merrie van goede kwaliteit is?
Zelfs als het veulen goed drinkt, is het van essentieel belang dat de opgenomen biest van goede kwaliteit is (d.w.z. voldoende antistoffen bevat om het veulen in de eerste weken van zijn leven een goed immuunsysteem te geven). De kwaliteit van de biest kan niet met het blote oog worden gezien. Wij raden u daarom aan de hoeveelheid IgG (immunoglobuline) te meten met een handmatige of digitale refractometer. De kwaliteit van de biest wordt als volgt gemeten:
- Brix-waarde < 17%: slechte biestkwaliteit (0 - 25 IgG)
- Brix-waarde 18 - 20%: lage biestkwaliteit (25 tot 50 IgG)
- Brix-waarde 20 - 30%: gemiddelde tot goede biestkwaliteit (50 tot 100 IgG)
- Brix-waarde > 30%: zeer goede biestkwaliteit (>100 IgG)
Wat moet ik doen als mijn merrie geen melk heeft, haar veulen afstoot of niet voldoende biest met antistoffen heeft?
Als u na het gebruik van de refractometer vaststelt dat de biest van uw merrie niet van goede kwaliteit is, moet u snel reageren en ingrijpen om ervoor te zorgen dat het pasgeboren veulen in de eerste 6 uur van zijn leven een voldoende hoeveelheid antistoffen opneemt. Het kan ook gebeuren dat een merrie geen melk heeft na de geboorte, haar veulen afstoot of sterft voordat haar veulen de tijd heeft gehad om te drinken. In deze situaties moet adoptie worden overwogen, maar dit duurt vaak 1 of 2 dagen en de darmwand van het veulen zal al gesloten zijn.
Professionele fokkers hebben gewoonlijk een "biestbank". Deze bank wordt van jaar tot jaar aangevuld dankzij de fokmerries van de fokkerij die worden gemolken (zodra hun veulen de nodige hoeveelheid colostrum heeft opgenomen natuurlijk). De biest wordt dan op de het bedrijf ingevroren en bewaard, zodat het snel beschikbaar is voor een volgend veulen, mocht dat nodig zijn. Indien u geen biestbank ter beschikking heeft, raden wij u ten stelligste aan uw veulen kunstbiest te geven. U moet het dan hydrateren en met een aangepaste fles aan het veulen toedienen.
Enkele belangrijke punten :
- Biest is de melk die een merrie produceert net na de geboorte. Hier zitten de belangrijkste antistoffen in. (immunoglobulinen / IgG)
- Het veulen maakt zijn eigen antistoffen pas aan vanaf de leeftijd van 2 maanden. Hij is dus afhankelijk van de antistoffen die hij de eerste weken van zijn leven in de biest zal vinden.
- De in de biest aanwezige antistoffen kunnen door het veulen alleen in de eerste 24 uur van zijn leven worden opgenomen (met een optimum in de eerste 6 uur). Deze opnamemogelijkheid duurt bij veulens maximaal twee dagen, maar is de eerste uren na de geboorte het grootst. Biestverstrekking kan dus nauwelijks uitstel lijden.
- Indien het veulen om de een of andere reden niet kan drinken bij de geboorte, is het van essentieel belang dat het binnen 24 uur na de geboorte kunstbiest of biest uit een "biestbank" krijgt.
- Als er problemen zijn tijdens de geboorte of in de uren daarna, bel dan dringend uw dierenarts.
Louise JEGARD
Productmanager Equideos